Argentinië (Spaans:
República Argentina) is een republiek in het zuiden van Zuid-Amerika. De
totale oppervlakte van het land bedraagt 2.766.889 km2, en daarmee is
Argentinië na Brazilië het grootste land van Zuid-Amerika en grofweg 65
keer zo groot als Nederland.
Argentinië grenst in het oosten aan Brazilië (1224 km) en Uruguay (579
km), in het noordoosten aan Paraguay (1880 km), in het noorden aan
Bolivia (832 km), en in het westen aan Chili (5150 km). In het oosten en
zuidoosten grenst Argentinië aan de Atlantische Oceaan (4989 km). In het
uiterste zuiden wordt Argentinië begrenst door het Beagle-kanaal. Het
Andesgebergte vormt in het westen de natuurlijke grens met Chili. Het
land is verder ruim 3500 kilometer lang en maximaal 1400 kilometer
breed.
Buiten het continentale gebied bezit Argentinië geen territoria, maar
doet wel aanspraken gelden op de Falklandeilanden (Islas Malvinas),
Zuid-Georgië, de Zuid-Orkneyeilanden (Orkadas del Sud), alsmede op een
sector van het Antarctisch continent, in totaal ca. 1,23 miljoen km2.
Bovendien meent het recht te hebben op het voor de oostkust liggende
continentaal plat, Mar Argentino.
Na de Amazonerivier in Brazilië is de Parañarivier, die bij Iguazú het
land binnenkomt, de langste rivier van Zuid-Amerika met een totale
lengte van 4500 kilometer, waarvan 1800 km door Argentinië.
De Falklandeilanden (Spaans: Islas Malvinas) worden sinds 1833 bezet
door Groot-Brittannië. Toch heeft Argentinië sinds die tijd nooit haar
aanspraken op de eilanden opgegeven.
Dat leidde in 1982 zelfs tot een heuse oorlog tussen Argentinië en
Groot-Brittannië, die gewonnen werd door de Britten. |
Argentinië kan,
landschappelijk gezien, verdeeld worden in vier regio’s:
- Het noordwesten met het
Andesgebergte en het Altiplano (betekent hooggebergte). De Aconcagua
is met zijn 6960 meter de hoogste berg van de Andes en van het hele
westelijk halfrond (het laagste punt van Argentinië is Salinas
Chicas op het schiereiland Valdes, -40 meter). Andere hoge toppen
zijn de Cerro Bonete (6872 m) en de vulkaan Llullaillaco (6723 m) en
verder nog tientallen bergen boven de 6000 meter.
De Andes kent ook grote gletsjers, waaronder de Perito Moreno die
zich elk jaar vele centimeters verplaatst, en verder enorme valleien
en tientallen zoutmeren.
Het Altiplano gaat langzaam over in de pre-Cordillera, en bergketen
met grote ravijnen. Iets meer naar het westen ligt het El
Chaco-gebied met eindeloze savannes bedekt met ondoordringbaar
struikgewas.
- Het noordoosten, één grote
subtropische laagvlakte met savannes, bossen,
rivieren en moerassen. Hier komen grote rivieren als de Paraná,
Uruguay en Paraguay het land binnen. Al deze rivieren monden uit in
de grote delta van de Rio de la Plata. Hier bevinden zich ook de
meeste bosgebieden van Argentinië, onder andere de regenwouden van
de provincie Misiones, in het grensgebied met de buurlanden Brazilië
en Paraguay.
In het noordelijke deel van dit gebied sieren tientallen rivieren en
watervallen het landschap, waarvan de Iguazú de beroemdste en een
van de breedste ter wereld is. De watervallen liggen op het
drielandenpunt van Argentinië, Brazilië en Paraguay.
Naar het zuiden toe verandert het landschap in één groot
moerasgebied, Los Esteros del Iberá. Nog zuidelijker ligt de
provincie Entre Rios met veel grasland.
- In het midden van Argentinië ligt de
‘Pampa Humeda’, een enorm uitgestrekte vruchtbare vlakte. De pampa’s
liggen in het midden van Argentinië en beslaan een kwart van het
totale grondgebied. Het noordelijke en middelste gedeelte vormen de
vochtige Pampa Húmeda, het zuiden en westen vormen de droge Pampa
Seca.
De Pampa Húmeda is wat heuvelachtig met veel vegetatie en
uitgestrekte weidevelden. De Pampa Seca is vlakker en droger.
Ten noordwesten van het pampagebied ligt de Las Sierras de Cordóba,
het centraal bergland. Hier ligt ook het grootste meer van
Argentinië, Mar Chiquita, en het grootste zoutmeer van het land,
Salinas Grandes.
- In het zuiden ligt Patagonië, met
langs de oostkust een grote laagvlakte en in het westen het
Andesgebergte. Het gebied beslaat ongeveer een kwart van het land.
Van hieruit stromen tweegrote rivieren, de Rio Colorado en de Negro.
Prachtig gelegen meren in de Patagonische Andes zijn het Nahuel
Huapi en het Lago Argentino. In totaal telt dit merengebied meer dan
40 meren. Verder kent dit gebied enorme bossen, besneeuwde
bergtoppen en gletsjers. De bergen in het merendistrict zijn niet
meer zo hoog, maar vermeldenswaard zijn de vulkaan Lanín (3776 m) en
de cerro Tronador (3554 m). Kenmerkend is dat het gebergte hier
steeds meer vulkanisch begint te worden.
Patagonië loopt helemaal door tot Tierra del Fuego of Vuurland, een
eiland in het uiterste zuiden van Argentinië.
Patagonië is te verdelen in het vlakke woestijnachtige deel vanaf de
Atlantische Oceaan tot de Andes, en het gebied rond de Andes. Hier
is de Andes bedekt met een permanente ijskap: de Campos de Hielos,
de grootste ijsmassa op het vasteland na de Zuidpool (18.000 km2).
Verder komen we hier enorme gletsjers, meren en grote loofbossen
tegen. Meer landinwaarts vinden we een gigantisch steppegebied;
vlak, grote rotspartijen, tafelbergen en maar weinig vegetatie door
de zeer geringe regenval. Dit gedeelte van Patagonië verandert hier
langzaam in een woestijn als gevolg van de extreme droogte, de
voortdurende harde wind en de bodemerosie.
Het noordelijk deel van Vuurland is vlak en bedekt met veengrond.
Zuidelijker wordt het bos- en bergachtiger, en hier liggen ook
prachtige meren en fjorden.
De vele klimaten die men in Argentinië
aantreft, wordt in hoofdzaak bepaald door de grote uitgestrektheid in
noord-zuidrichting en door de aanwezigheid van het Andesgebergte langs
de westkust van Zuid-Amerika. Argentinië kent verschillende
klimaatzones, waarvan de gemiddelde temperatuur naar het zuiden toe
afneemt. Zo heeft Argentinië een subtropisch noorden terwijl het zuiden
vrijwel aan het poolgebied grenst, met de daarbij horende lage
temperaturen.
Argentinië ligt op het zuidelijk halfrond, waardoor de seizoenen
tegengesteld zijn aan die van Nederland. De zomer duurt van december tot
en met maart en de winter van juni tot en met september.
Het noordoosten van het land is vochtig (tot 2000 mm neerslag per jaar)
en warm. Buenos Aires, dat ongeveer midden in dit gebied ligt, heeft een
gemiddelde jaarlijkse temperatuur van 16°C, een julitemperatuur van 9°C
en een januaritemperatuur van 23°C. Over het algemeen heerst hier een
gematigd klimaat, met ’s winters temperaturen nauwelijks beneden de 0°C;
in de zomer kunnen de temperaturen oplopen naar 40°C. De jaarlijkse
neerslag, vaak in vorm van stortbuien, bedraagt ongeveer 940 mm en komt
onregelmatig over het jaar voor. De luchtvochtigheid kan vooral in de
zomer (december tot en met maart) zeer hoog zijn. Opmerkelijk zijn de
snelle temperatuurschommelingen, die in 24 uur tijd een verschil van
meer dan 20°C kunnen bedragen. Ook komen er in de winter ronduit zwoele
periodes voor en in de zomer regelmatig frisse dagen.
De droge Pampa Seca heeft vrij warme zomers en milde winters. Toch zijn
er grote verschillen: in Rosario is het meer dan 300 dagen vrij warm,
zuidelijker in Bahia Blanca niet meer dan ca. 150 dagen. In het hele
gebied valt gemiddeld maar 400 mm regen per jaar. De Pampa Húmeda is
veel vochtiger met veel vegetatie.
Van de Atlantische kust naar het westen komt het land steeds meer onder
de invloed van het gebergte, waardoor de neerslag afneemt, aangezien de
overwegend noordwestelijke winden van gematigde breedte de meeste
neerslag aan de westkust van Chili doen vallen. Het westelijk gedeelte
van Argentinië heeft dan ook hier en daar een duidelijk woestijnklimaat.
Hier zijn de droogste en warmste plaatsen van het land met regelmatig
temperaturen boven de 40°C. Wat zuidelijker, rond de stad Mendoza, zijn
de temperaturen wat aangenamer.
De steppen en woestijnen van Patagonië liggen in een zone met overwegend
westenwinden. In het voor- en najaar kan het in dit gebied hevig
stormen. Het gebied ligt in de regenschaduw van de hoge Cordillera de
Andes, waardoor er in het oosten van Patagonië vaak maar 200 mm neerslag
per jaar valt.
De zomers in het noordwesten zijn zeer warm, maar het is er door de lage
luchtvochtigheid goed uit te houden. In de zomer wordt het gemakkelijk
35°C, in de winter over ca. 18°C en ’s nachts rond het vriespunt. De
zomer is wel het regenseizoen met zeer felle buien die in een mum van
tijd starten blank zetten.
Vuurland in het uiterste zuiden heeft een onaangenaam klimaat door de
stromingen van de oceaan en de uitlopers van het Andesgebergte. In de
zomer valt er veel regen en waait het hard. De temperaturen komen niet
boven de 15°C. ’s Winters zijn de temperaturen vrij mild.
Argentinië kent twee bijzondere windfenomenen die beide worden
veroorzaakt door langstrekkende depressies. De warme, vochtige ‘zonda’
voert als noordelijke wind tropische lucht aan, aan de voorzijde van een
depressie. De koude ‘pampero’, zo genoemd omdat de uit het zuiden
aangevoerde lucht veelal stof meevoert uit de pampa's, wordt gekenmerkt
door krachtige rukwinden die optreden tijdens het passeren van het
koufront van de depressie. |